top of page

De representatieve democratie onder druk: actualiteit als stress-test

De representatieve democratie onder druk: actualiteit als stress-test

 

10 juni 2025

 

Op maandag 9 juni 2025 wordt op Curaçao een nieuw kabinet gepresenteerd. In datzelfde weekend ontsnapt in Colombia een presidentskandidaat ternauwernood aan een aanslag. Op Aruba wordt een kandidaat-minister als niet ministeriabel aangemerkt vanwege integriteitskwesties. In de Verenigde Staten zet president Trump de National Guard in tegen demonstranten. Analisten spreken van een verdere verschuiving richting autoritair bestuur. Ondertussen groeit in Nederland de verkiezingsmoeheid: opnieuw naar de stembus, opnieuw zonder noemenswaardig vertrouwen in structurele verandering.


Deze ogenschijnlijk losstaande gebeurtenissen illustreren samen hoe wankel het democratisch evenwicht wereldwijd geworden is. Democratie is geen vast gegeven, maar een proces dat voortdurend herbevestiging vereist. In Europa wordt in academische en intellectuele kringen steeds luider gepleit voor democratische vernieuwing. Toch blijft het representatieve systeem, ondanks alle gebreken, nog steeds het krachtigste mechanisme om collectieve besluitvorming legitiem te organiseren.

Tegen die achtergrond is het waardevol om stil te staan bij het Commentaar in het Antilliaans Dagblad van 8 juni, waarin gesteld wordt dat “de Staten goed zijn voor slechts 29% van de stemmen.” Die formulering is op zichzelf feitelijk maar de impliciete conclusie is politiek en potentieel ondermijnend: het idee dat Statenleden slechts een minderheid vertegenwoordigen, en dus mogelijk niet legitiem spreken namens het geheel.


Dat is een misvatting die de kern van representatieve democratie aantast. In het parlementaire stelsel vertegenwoordigt een Statenlid niet uitsluitend zijn of haar kiezers, maar het volk in zijn geheel. Deze fundamentele notie — dat vertegenwoordiging niet beperkt is tot de stemgerechtigden of tot de eigen achterban — is essentieel voor het functioneren van een pluriforme democratie. Een Statenlid, hoe gekozen ook, is geen gedelegeerde, maar een volksvertegenwoordiger met een bredere constitutionele opdracht.

In tijden van politieke onrust en tanend vertrouwen in instituties is het des te belangrijker om deze principes te herhalen, te onderwijzen en te verdedigen. Anders wordt de parlementaire democratie niet alleen door externe dreigingen verzwakt, maar ook door interne reducties van haar legitimiteit tot een rekensom van percentages.


Miguel Goede

Comments


© Miguel Goede, 2024
bottom of page