Ik heb een heel eenvoudige indicatie voor wanhoop op het eiland. Dat is wanneer mijn naam in verband wordt gebracht met partijpolitiek. Ik ben nooit lid geweest van een politieke partij. Op 7 juni 2013, de dag waarop Ivar Asjes wordt beeedigd als minister president, staat in een krant(je) dat ik kandidaat ben om het leiderschap van de PAR op mij te nemen. Ik heb het er nooit over nagedacht. Dan is de wanhoop groot. Waarom anders zou men zo'n bericht fantaseren? Of ben ik geschikt voor de politiek en zie ik het niet? Ik denk dat er niet genoeg kanidaten zijn en mijn naam aan de lijst heeft toegevoegd om de lijst wat op te trekken.
Ineens schiet het me te binnen. In een rode samenleving hoef je niet op de empathie te rekenen van niemand. Toen de poltieke leider tijdens de aanslag viel, schoot niemand hem te hulp. Je kunt op allerlei manieren dit verklaren. De mensen waren geschrokken en bang. De omstanders willen de "crime scene" niet besmetten. Maar ik denk dat het ook te maken heeft dat men in een rode samenleving niet geeft om mensen die zijn omgevallen. Je hebt er niets meer aan. Het doet me denken aan de tekst van de overleden Herman Brood: "Als je wint heb je vrienden". De song "You'll never walk alone" zegt het ook: "In your heart... And you'll never walk alone. You'll never walk alone". Als valt helpt niemand je weer om op te staan. Je bent aangeschoten wild en de aasgieren komen er aan. Je zult zelf moeten opstaan en je moet super trots zijn als je wankelt en blijf staan en helemaal als valt en weer op staat.
コメント