BV Curaçao
DRAFT 2.0
29 juni 2022
Politiek en bedrijfsleven spreken ook van BV Nederland, om aan te geven dat Nederland ook bekeken moet worden als in internationaal concurrerend bedrijf. Ze kijken dan naar concurrentiepositie en investeringsklimaat (BV Nederland, sd). Men spreekt vanaf de jaren zestig van Singapore Incorporated (Goede, 2011, p. 194). Het is zeker in het neoliberale tijdperk niet ongebruikelijk om voor landen het metafoor van een bedrijf te hanteren, zeker voor kleinere landen als die hier heb genoemd. Det opent onder anderen de mogelijk om tools voor corporations toe te passen. Te denken valt aan National Development Plan, lange termijn strategie, SWOT-analyse, PESTLE-analyse. BCG-Matrix, S-curve en nog veel meer. Een van de gevaren die hierin schult is dat de sociale functie van de overheid uit beeld verdwijnt. Met deze kanttekening, kijken wij naar de economie van BV Curaçao.
De eerder besproken Boston Consulting Group Matrix kan gecombineerd worden met de S-curve. Dan zien wij dat de vier fases van de S-curve overeenkomen met de categorieën van de matrix:
• Introduction is een vraagteken
• Growth is een ster
• Maturity is de koe
• Decline is de hond
Op de horizontale as is de tijd en op de verticale as kan men kijken naar:
• Werkgelegenheid of arbeidsplaatsen
• Bijdrage aan het BBP
• Opbrengst deviezen
• Afdrachten aan de collectieve sector
Een economische sector die oud (meer dan bijvoorbeeld 75 jaar) is al bijna zeker een hond anders een koe, tenzij de sector steeds zichzelf blijft heruitvinden (reinventing).
Met dit referentiekader kijk ik nogmaals naar de portfolio van BV Curaçao en constateer dat Curaçao veel honden heeft. Dat toerisme een cash cow is. En dat Curaçao een veelvoud aan sterren heeft die weinig aandacht krijgen.
In een publicatie uit 2005 van George Curiel kwam ik het volgende plaatje van een aantal cuves tegen. Toen al zag hij het volgende. De economie heeft vijf cycli gekend: WIC, Shell, financiële dienstverlening, Toerisme, en Drugs. Zijn tijdslijn eindigd in 2010. Hij ziet dat Curaçao dan draait op het toerisme als koe, maar ook de drugs business. Hij stel dan dat de raffinaderij geen enkele rol meer speelt. Met andere woorden er is door Curiel al eerder met een soortgelijke bril naar de economie van Curaçao gekeken.
Velen schrikken en reageren fel op de stelling dat toerisme op weg is een hond te worden. Er vindt een vorm van ontkenning plaats want de hoop is gevestigd op verdere groei van het toerisme en het heropen van de raffinaderij. De raffinaderij kan hooguit nog een paar jaar dienen als cash cow, maar als de maatschappelijke kosten worden meegerekend, is het maar de vraag of de raffinaderij iets oplevert. Velen stellen dan ook dat de raffinaderij dan maar even open moet om voor een aantal jaren banen te scheppen.
De enige economische pilar die BV Curaçao draagt het toerisme. Met de projecten die nu nog in de pijplijn zitten (hotelkamers die de komende jaren erbij komen en de bijbehorende banen; zie herstel plan van VBC 2022) zal deze sector een cash cow zijn. Curaçao is verworden tot een Small Island Tourism Economy. Dat brengt de volgende problemen met zich mee: een verouderd en versleten toeristisch product; het gebruiken van onevenredig veel ruimte; overbevolking (het aantrekken van veel buitenlandse arbeidskrachten); schade aan het milieu (relatief grote footprint); het verlagen en laag houden van de arbeidsproductiviteit. En last but not least: het syndroom van ‘verplichte groei paradox’ ten koste van de andere sectoren (Alberts, 2022).
Hoe kunnen wij dit hard maken of valideren? Dat is in geval van een casestudie wat lastiger. Er is geen twijfel dat toerisme de belangrijkste pilar is van BV Curaçao en dat het in de lift zit. De vraag is of het toerisme nog een ster is ofeen koe en wij kunnen wachten op de verzadiging. De ‘verplichte groei’ kan maken dat het toerisme heel lang een koe zal blijven. Wat ik heb begrepen is dat ook de economen club van Curaçao dit vaststelt, met de volgende kanttekening; ondanks de hoge werkloosheid is het potentieel van mensen beschikbaar voor deze sector laag. Dat komt deels door gebrek aan opleiding, maar ook door andere zaken als houding etc. Een andere indicatie is dat alle investeerders, sinds de opening van Hyatt in 2010, aangeven dat het moeilijk is om aan personeel te komen. Andere indicaties zijn dat de hele strip aan de oostzijde van de St. Annabaai is ingenomen door hotels. Dit geldt nu ook voor de westkant en de uitbreiding gaat steeds verder, ten koste van de natuur die essentieel onderdeel is van het toeristisch product. Ook de druk van de sector op de infrastructuur, bijvoorbeeld het verkeer en de utiliteit svoorzienen is waarneembaar. Conflicten tussen buurtbewoners van bijvoorbeeld Otrobanda en ontwikkelaars duiden op verzadiging.
Punt is dus dat Goede niet de enige is die het verzadigingspunt van de ontwikkeling van het toerisme aangeeft. BV Curaçao doet er goed aan een aantal ‘vraagtekens’ te ontwikkelen.
Figure: The Life-cycles of Curaçao (Curiel 2005)
References
BV Nederland. (n.d.). Retrieved from www.dfbonline.nl: https://www.dfbonline.nl/begrip/16567/bv-nederland
Goede, M. (2011). Globalization of small islands: Role models of Curacao. International Journal of Commerce and Management, 192-2012.
Miguel Goede
Comments